Het Eurovisie Songfestival, Dublin, 1971 Saskia en Serge 6e plaats.
Omdat de toenmalige manager Benny Vreden op vakantie
was, werden Saskia en Serge rechtstreeks gebeld door de
platenmaatschappij Phonogram, of ze nog een origineel
Nederlandstalig liedje hadden liggen.
Maar eerst de voorronde!
Het bekende trio “de Shepherds” was afgevallen bij de voorronde van het Nationale Songfestival.
Of Saskia en Serge er zelf misschien aan mee wilden doen en of ze de volgende dag met het liedje
naar Hilversum konden komen? (januari 1970).
Serge zei ja, maar vertelde niet dat ze het liedje nog moesten schrijven, (tekst en muziek).
Samen schreven ze s’avonds op een gedichtje van Saskia het nummer
“’t Spinnewiel”, dat ze de volgende dag aan de arrangeur Bert Paige lieten horen.
Toen bleek ook, dat ze nog twee liedjes moesten zingen, later werd er in een soort tussenronde
door een jury beslist met welk van de drie liedjes ze aan de Nationale finale mee mochten doen.
Saskia en Serge waren onder de indruk van het arrangement van Bert Paige, want als je het alleen met de gitaar
gemaakte liedje opeens hoort uitgevoerd door een fantastisch en groot Metropole-orkest o.l.v. Dolf van der Linde, is dat
echt een bijzondere belevenis.
Bij de tussenronde in het Grand Theater in Amersfoort zongen Saskia en Serge :
“Is ’t ja, is ’t nee” (Theo Strengers –Joop Stokkerman)
“Dans met me mee ”(Kees Bruyn)
“’t Spinnewiel” (Saskia en Serge)
De jury koos gelukkig voor het door Saskia en Serge zelf geschreven nummer.
Op 11 februari werd in het Congresgebouw Den Haag de Nationale finale gehouden.
Er was een sterk deelnemersveld (10 deelnemers) met:
Ben Cramer, Ine Berg, Rosita Bloom, Tony Anderson, Sandra Reemer,
D.C. Lewis, Joke Bruys, Saskia en Serge, Hearts of Soul en Bonny St. Claire.
Na het tellen van de punten van de internationale jury stonden Saskia en Serge 4 punten
voor. Er waren nog 5 punten te verdelen door de z.g. vakjury. Saskia en Serge werden al
van verschillende kanten gefeliciteerd toen plotseling (heel raar) de 5 punten niet
verdeeld werden, maar allemaal naar de Hearts of Soul gingen.
Een mooie plek, zei Serge. Het drong nog niet door dat ze door de vreemde jurering misschien wel een internationale
carrière waren misgelopen, (“ ’t Spinnewiel” was toch een heel goed liedje).
Nederland sprak er schande van, een echte rel, een hele pagina in de Telegraaf, een optreden met interview in het zeer
populaire TV programma van Willem (O) Duys.
Een tweede plaats, waardoor Saskia & Serge in een avondje tijd, in heel Nederland bekend werden. Ze maakten ook
een mooi plaatje. Saskia achter haar spinnewieltje, in haar speciaal voor deze gelegenheid gemaakte Middeleeuws
aandoende mini veterpakje met bijpassende netkousen en Serge in zijn zeegroene fluwelen pak en minstreel-gitaar.
Het jaar daarop (1971) werden Saskia en Serge als enige uitgekozen om Nederland in Dublin te
vertegenwoordigen.
De Nationale finale was vervangen door een TV programma, waarin Saskia en Serge 6 liedjes zongen,
die waren overgebleven uit een selectie van 130 ingezonden nummers.
Bij het selecteren van de 130 liedjes ontstond er weer een relletje.
Men vond dat de manager van Saskia en Serge (Benny Vreden) zijn eigen liedjes teveel probeerde
voor te trekken, wat volgens Saskia en Serge niet waar was. Alleen het liedje “lente” van Benny haalde
de voorronde.
De zes liedjes werden door de bekende regisseur Rob Touber verschillend in beeld gebracht en van te voren opgenomen.
De kijker kon hieruit kiezen door een briefkaart in te sturen en men koos voor het liedje “Tijd” van Joop Stokkermans en
Gerrit den Braber.
Misschien was het niet zo’n specifiek Songfestivalnummer (wat dat ook is? ) maar was wel het mooist in beeld gebracht.
Alle nummers werden op een LP gezet: “Liedjes voor alle tijden” en ook in het Engels: “Songs for all Seasons”, voor het
geval dat het duo internationaal hoge ogen zou gooien.
Met een vliegtuig vol belanghebbenden (Pers, NOS, uitgevers en twee blokfluit
speelsters en pianist Joop Stokkermans) naar Dublin.
Benny deelde in die week in Dublin mondjesmaat wat Bio’s uit, Saskia en Serge
repeteerden met het orkest, wandelden wat door Dublin en werden door manager
Benny Vreden bewust van alle recepties en feestjes afgehouden, omdat hij dat niet
nodig vond. Hij zei, daar word je alleen maar zenuwachtig van.
Daar hadden de nuchtere Noord-Hollanders echter niet zoveel last van.
Op de grote avond zelf ging het direct al mis met de microfoon van Saskia, de eerste regels van het couplet waren niet
te horen door een stevige feedback (een harde fluittoon van de microfoon). Waren ze toen maar gestopt, of had Dolf van
der Linde maar meteen afgetikt, dan waren ze wel heel erg opgevallen in Europa, er keken tenslotte heel veel mensen.
Maar Saskia en Serge hadden, door het vele optreden in Nederland, een harde leerschool gehad. Doorgaan, wat er ook
gebeurd!
Ze werden tot hun verbazing 6e van de 18 deelnemers, het fado-achtige liedje “Tijd” en de uitvoering
van Saskia en Serge, had meer punten verzameld dan verwacht. Het vliegtuig zat op de terugvlucht
weer vol met dezelfde mensen als op de heenweg, Wat hadden die de hele week gedaan? Voor Saskia
en Serge een raadsel, ze hadden ze de hele week niet meer gezien.
Toch een bijzondere ervaring, iedereen trots en tevreden met de zesde plaats. Er volgden TV optredens
in het buitenland, waaronder twee TV-shows in Portugal. Ondanks dat het liedje “Tijd” als single in
Nederland niets had gedaan, merken Saskia en Serge dat die 6e plaats bij het Eurovisie Songfestival,
hun naam als artiest opwaardeert. Waar ze in Europa ook optreden, wordt het vermeld. Het is een
belangrijk evenement, dat elk jaar weer terugkomt.
Bronnen:
De Schager Courant
Vooral de journalist Maarten Leegwater heeft veel aandacht aan
het duo besteed.
Het zeer goede en gedetailleerde boekje:
“De Nederlandse Nationale finales van het Eurovisie Songfestival”
Deel 1 van: Ferry K. van der Zant.
info@eurovisionartists.nl
Ook staan Saskia en Serge natuurlijk in "het Grote Songfestivalboek"